Meer inwoners en collega's ervaren dat (on)zichtbare verschillen geen verschil maken in hoe we elkaar behandelen

Dit hoofddoel hebben we opgedeeld in drie subdoelen:

• (Minderheids)groepen - zoals genoemd in Artikel 1 van de Grondwet – voelen zich (meer) gehoord, gezien en veilig;
• Inwoners en medewerkers die niet tot deze (minderheids)groepen, zijn zich (meer) bewust van de eigen bevoorrechte positie en zetten zich in voor een inclusieve samenleving en organisatie;
• Arnhemse organisaties – waaronder ook de gemeentelijke organisatie - en bedrijven zetten zich in om inclusie en diversiteit in hun organisatie/bedrijf (meer) te bevorderen en om hun bijeenkomsten, locaties, diensten en producten (meer) toegankelijk en inclusief te maken.

Dit hebben we vertaald naar vier focuspunten. Drie focuspunten hebben betrekking op de stad, het vierde is specifiek gericht op de eigen, gemeentelijke organisatie:
STAD

1. We werken aan het voorkomen en tegengaan van discriminatie en racisme;
2. We versterken de positie van inwoners met een beperking;
3. We maken met onze samenwerkingspartners en andere Arnhemse organisaties werk van inclusie en diversiteit

GEMEENTELIJKE ORGANISATIE

4. We werken aan een gemeentelijke organisatie die een afspiegeling is van de Arnhemse beroepsbevolking en waar alle medewerkers zichzelf kunnen zijn en zich gezien, gehoord en veilig voelen.

In de aanpak staan twee principes centraal:

• A. ‘Niets over hen, zonder hen’

  A. ‘Niets over hen, zonder hen’

Beleid en (uitvoerings)plannen maken we altijd met vertegenwoordigers uit de betreffende groep Arnhemmers. Dit geldt ook over het volgen van de uitvoering en het eventueel bijsturen daarvan.

• B. Duurzame borging

  B. Duurzame borging

Het onderwerp inclusie en diversiteit raakt veel organisatieonderdelen binnen de gemeentelijke organisatie en veel Arnhemse organisaties en bedrijven. Onze inzet is gericht op een duurzame borging van het onderwerp door:
* altijd te investeren in bewustwording en kennis ter bevordering van de intrinsieke motivatie en, waar mogelijk, te zorgen voor vastlegging in processen en procedures,
* passende vormen voor monitoring te ontwikkelen (bijv. de indeling initiatief-, ontwikkel- en beheerfase), omdat de effecten van de inspanningen m.b.t. inclusie en diversiteit zich maar heel beperkt in cijfers laten uitdrukken.